Negen op tien leraren tevreden met baan

Negentig procent van de Nederlandse leraren is tevreden met hun baan en slechts vijf procent heeft spijt dat ze voor het leraarsberoep heeft gekozen. Dat blijkt uit het OESO-rapport 'TALIS 2013 Results: An International Perspective on Teaching and Learning' dat vandaag is gepubliceerd.

TALIS 2013 is een groot internationaal onderzoek onder leraren en schoolleiders in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Aan het onderzoek hebben ruim honderd duizend leraren en tien duizend schoolleiders deelgenomen uit 33 landen, waaronder ongeveer 2.000 leraren van bijna 130 scholen in Nederland.

TALIS 2013 laat goed zien wat Nederlandse leraren vinden van hun werk in vergelijking met leraren in andere landen. Omdat de resultaten worden afgezet tegen die van een groot aantal andere landen, kunnen zij goed dienen als startpunt voor discussie, voor zowel beleidsmakers als scholen. Op de website van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) staat een uitgebreid overzicht van de Nederlandse uitkomsten.

De belangrijkste bevindingen:

Negen op tien Nederlandse leraren tevreden met baan

In Nederland is ruim 90 procent van de leraren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs tevreden met hun baan. Ongeveer 5 procent heeft spijt dat men voor het leraarsberoep heeft gekozen. Dat is twee keer zo weinig als hun buitenlandse collega’s, waarvan één op de 10 liever een ander beroep had gekozen.

De werktevredenheid is groter onder leraren die vinden dat de feedback die zij ontvangen hun didactisch handelen positief beïnvloedt. Van leraren die het krijgen van feedback vooral als een administratieve plicht zien, is de werktevredenheid lager.

Bijscholing leraren verbetert lessen

Van de Nederlandse leraren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs heeft 93 procent deelgenomen aan een vorm van professionele ontwikkeling in de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek. Dat is iets hoger dan het internationale gemiddelde van 88 procent. Leraren beoordelen gevolgde professionaliseringsactiviteiten als zeer goed: ze hebben een positieve invloed op hun lesgeven.

Nederlandse leraren nemen vaker deel aan korte bijeenkomsten, zoals seminars, workshops of conferenties. Zij nemen minder deel aan langer durende kwalificatieprogramma’s of netwerken van leraren.
Leraren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs, zowel in Nederland als in andere landen, hebben meest behoefte aan bijscholing op het gebied van ICT-vaardigheden en ‘omgaan met verschillen’/differentiatie in onderwijsaanbod.

Lerarentekort negatieve invloed Nederlandse onderwijskwaliteit

Bijna driekwart van de schoolleiders in de onderbouw van het voortgezet onderwijs (71%) geeft aan dat het bieden van goed onderwijs gehinderd wordt door een tekort aan gekwalificeerde en/of goede leraren. Internationaal geldt dat voor 38 procent van de schoolleiders.

Het gemiddeld aantal leerlingen per klas in Nederland is met 25 leerlingen iets hoger dan het internationaal gemiddelde (24 leerlingen).

Het hele rapport is terug te vinden op de website van de OESO.

Reactie toevoegen

U kunt hier een reactie plaatsen. Ongepaste reacties worden niet geplaatst. Uw reactie mag maximaal 2000 karakters tellen.

* verplichte velden

Uw reactie mag maximaal 2000 karakters lang zijn.

Reacties

Er zijn nu geen reacties gepubliceerd.